De eerste week heeft mijn team bestaande uit: Daniel, Tassia, Gabi, Kevin, Mandy en onze 3 leiders, Zsa Zsa, Joyce , Pedro en ik, ons ingezet voor mensen die door de overstroming hun huis hebben zien verdrinken. We hebben samen met de kerk een bazaar georganiseerd waar ze gratis spullen en vooral kleding konden afhalen. Uiteraard hebben we voor ze gebeden waardoor ze zichtbaar geraakt werden. Het maakte mij erg bewust van hun verlies. Ze hebben al zo weinig en dan raak je ook nog eens alles kwijt. Verschrikkelijk.
Onze tweede week hebben we op een school doorgebracht. We hebben onderwijs gegeven over human trafficking, een preventie les want veel kinderen in Brazilie worden hiervoor geronseld. Ze belanden op jonge leeftijd al in de prostitutie of in de drugs of wapenhandel. Bizar dat bijna de hele klas van ca 25 kinderen hun hand opstaken toen ik vroeg of zij iemand kenden die aan de drugs was. Voor hun is het ‘ normaal’ maar ze wisten heel goed dat het slecht is. Ook de leraressen hebben we kunnen bemoedigen want dit beroep is oh zo belangrijk. Ook in Nederland maar hier lijkt de nood gewoon hoger vanwege de armoede. Al huilend van dankbaarheid nemen zij afscheid van ons en wij van hen.
Dan het moeilijkste moment tot nu toe. Het spreken bij een afkick kliniek voor alleen maar mannen. Ik bereid het voor en vraag dan om leiding van Gods Geest. Ik geloof dat Hij in ons woont als wij in Jezus geloven en hard op uitspreken dat Hij voor ons aan het kruis gestorven is en na drie dagen uit de dood is opgestaan. Zodat wij na dit leven voor eeuwig bij Hem kunnen verder leven zonder pijn en verdriet.
Wat ik moeilijk vond was een deel van mezelf bloot te geven. Ik vind het niet fijn om mij kwetsbaar op te stellen en al helemaal niet voor mannen. De mannen in mijn leven hebben mij alles behalve met liefde behandelt dus dit vond ik erg moeilijk. Maar tijdens de worship kreeg ik echt bewogenheid voor de worstelingen die deze mannen hadden met hun verslaving en met de pijn en het verdriet waar zij in hun leven mee te maken hebben gehad. Toen ik naar voren ging was ik rustig en ik sprak vol liefde en bemoediging. Het was goed.
Bijzondere momenten ook bij de straatevangelisatie. In de straat van de kerk zijn er namelijk veel travestieten prostituees. Het duurde even voordat de kerk ons toestemming gaf om deze mensen te vertellen dat Jezus ook van hen houdt. Maar gelukkig kregen wij toestemming. Ik vond het best lastig hoor te wachten op toestemming ook de leiders waren voorzichtig met hiermee in te stemmen omdat men ‘ bang’ was voor eventuele agressieve reacties van de travestieten kant. Ik snapte dat we in wijsheid moesten gaan. Maar angst is geen goede raadgever en ik ben heel vaak bang als ik me daar aan zou toegeven kan ik net zo goed naar huis gaan en op mijn bank blijven liggen film kijken. Dat is geen optie.
Maar goed het was hart verwarmend. De mannen reageerden eerst heel stug maar al snel zagen ze dat we in liefde kwamen. We spraken met ze, luisterden naar ze, knuffelden met ze, huilden met ze. Wie kiest er nou zo’n leven. Ik denk niemand, ook mannen niet.
En dan de vraag: hoe gaat het met mij? Het gaat lekker. Ik voel me goed. Ik geniet van alles wat we doen hier. Ik zou nooit meer iets anders willen doen dan me inzetten voor de armen onder ons. Arm als in de zin van gebrek aan materiaal maar ook de armen van geest. En de gebroken van hart. Deze laatste doelgroep is zo ontzettend groot. En deze mensen en kinderen heb je overal. Hebben wij oog voor deze mensen? Kunnen wij er iets aan doen? Ik denk het wel, kleine dingen maken een mens gelukkig. Hoe blij kun je worden van een kaartje, te weten dat iemand aan je denkt. Ik word er heel blij van.
Lieve lezers tot blogs.
Bless you ?